De twee achtkantige bekervaasjes verwijden zich naar boven. De Chinoiserie voorstelling toont aan de voorzijde een landschappelijk tafereel met een aantal pagodeachtige huizen. De decoratie wordt omlijst door een cartouche die deels is gevormd door een exotische begroeiing van treurwilgen en grillig gevormde boompartijen. De zij- en achterkant tonen bloem- en bladwerk.
Wellicht makketen beide bekervaasjes oorspronkelijk deel uit van een kaststel. Van dergelijke kleine kaststellen zijn voorbeelden bekend met een beigekleurig fond en zelfs met een in kleinvuurtechniek met goud uitgevoerde decoratie. Ongetwijfeld was dit soort Delfts bedoeld als siergoed op etageres of in een porseleinkast.
De vorm van de bekervazen is vergelijkbaar met het traditionele model van de grote bekervazen die doorgaans tot een kaststel behoorden. Een bijzonder groot formaat vijfdelig stel met een hoogte van 43,5 cm is eveneens afkomstig uit de productieperiode van Van Duijn. Daarbij zijn de drie deksel- en twee bekervazen voorzien van een deksel.
