kaststel

Het driedelige kaststel is samengesteld uit één dekselvaas en twee bekervazen. Uit onder meer door de plateelbakkers gezamenlijk opgestelde prijslijsten in de achttiende eeuw, blijkt de grote diversiteit aan maten en soorten kaststellen. Bovendien is uit boedelinventarissen bekend dat reeds vanaf het einde van de zeventiende eeuw dergelijk siergoed tot het Delftse productieassortiment behoorde. Het beantwoordt aan een in Nederland ontstaan gebruik, de kap van een kast of de schoorsteenmantel te verfraaien met potten, flessen of grote kommen. Het aantal en de samenstelling van een dergelijke groep wisselde sterk. Vanzelfsprekend bracht na de 'wedergeboorte' De Porceleyne Fles dit traditionele aardewerk als kaststellen op de markt, immers bij uitstek een nationaal product. De identiek uitgevoerde voorstelling op dit driedelige kaststel uit 1899 toont een tweetal figuren in een tuinachtige omgeving. Op de korte nek van de dekselvaas zijn stijlelementen afgebeeld die teruggrijpen op de symbolen uit de Taoïstische en Boeddhistische iconografie. De gewelfde deksel met geschulpte rand heeft een leeuwachtig beest als knop. Aan het einde van de negentiende eeuw borduurde men voort op traditionele stijlelementen en werd teruggegrepen op ooit succesvolle versieringsmotieven. Lees meer